Anne-Marie vertelt:
Op 1 maart 2013 ben ik als uitvaartleidster in dienst gekomen. Door een reorganisatie bij mijn vorige werkgever moest ik ander werk gaan zoeken. Alle voorgaande jaren heb ik me ingezet in diverse administratieve functies zoals telefoniste/receptioniste en secretaresse. In het ontslagtraject kreeg ik de gelegenheid om via een persoonlijkheidsonderzoek inzicht te krijgen in mijn ambities en interesses. De opdracht die bovenaan stond was: Waar kom je elke dag langs? Nou, ik kwam dus elke dag langs een uitvaartcentrum. Het moest zo zijn! Uit het onderzoek bleek ook dat er zijn voor mensen en zorgen voor mensen al van kleins af aan mijn interesse hadden. Toen duidelijk werd dat deze kwaliteit goed te combineren was met werken in de uitvaartbranche ben ik me gaan verdiepen in opleidingen. Mijn opleiding tot uitvaartverzorger heb ik afgerond bij Docendo/Stivu. Tegelijkertijd had ik diverse sollicitaties lopen bij ondernemingen in Rotterdam. Ik kom uit Schiebroek dus voor mij was Rotterdam logistiek gezien een handige keuze. Maar ja, ik wilde zo graag werken als uitvaartverzorger dat ik ook buiten Rotterdam ben gaan zoeken en op deze manier kwam ik de vacature bij Stoppelenburg tegen.
Ik werd aangenomen door Ali en stapte zo blanco het vak in. Ik was (na Ali) de eerste uitvaartleidster in dienst van Stoppelenburg. Mijn collega Maurice was mijn mentor en heeft me begeleid in de eerste periode. Er komt dan heel wat op je af, want laten we eerlijk zijn je weet gewoon niets. Een opleiding volgen is toch wat anders dan de praktijk.
Stapje voor stapje heb ik mij de gebruiken in de regio Krimpenerwaard/Gouda eigen gemaakt. Er komt heel veel kijken bij het verzorgen van een uitvaart. Zoals de hele administratieve verwerking maar ook het maken van een rouwkaart, het op tijd inzetten van collega’s en dragers en chauffeurs, de invulling van de plechtigheid, het nemen van de juiste route naar een begraafplaats etc. Het is gewoon teveel om op te noemen. In het begin voelde ik me echt overspoeld door alle informatie. Nu weet ik niet beter en kijk ik terug op een leerzame inwerkperiode.
Bij Stoppelenburg nemen we de tijd voor de mensen en dat ligt mij heel erg goed. Even de sfeer proeven als je binnenkomt, belangstelling tonen voor het verhaal wat er altijd is, even kletsen en dan overgaan tot het bespreken van de uitvaart.
Ik vind mijn bezieling in de dankbaarheid die ik mag ontvangen. Bij Stoppelenburg begeleiden we het hele traject (van de eerste bespreking tot en met de uitvaart) en dat vind ik heel erg fijn. Zo kan ik er zijn bij elke stap in het proces en door goed te luisteren kan ik soms ideeën aandragen en zo een bijdrage leveren aan het afscheid. Het zijn vaak de kleine dingen die er zo toe doen. Zo herinner ik me nog heel goed de uitvaart van een mevrouw uit Krimpen. Haar moeder leefde nog en zat in een rolstoel. De fragiele oude handen van de moeder lagen zo weerloos en verdrietig op haar schoot. Op het moment dat we de urn gingen plaatsen (waar de urn van de andere zus/dochter ook reeds was geplaatst) kon de moeder geen afscheid nemen van de urn. Ze wilde haar dochter nog zo graag bij zich houden. We hebben haar alle tijd en ruimte gegeven. Bij terugkomst in het verzorgingstehuis hebben we elkaars handen vast gehouden. Tien dagen later is de moeder overleden en ik werd gevraagd de uitvaart te begeleiden. Het was mijn roostervrije dag maar ik ben toch gegaan. Gelukkig krijg ik daar bij Stoppelenburg ook de gelegenheid voor!
Het werken als uitvaartleidster heeft zeker mijn leven verrijkt. Ook is mijn ‘kijk’ op de dood door het begeleiden van uitvaarten veranderd. Ik voel geen angst meer voor de dood en voel respect voor de overledene. Persoonlijke uitvaarten kunnen mij erg aangrijpen. Dit heeft voor mij te maken met de band die ik dan heb met de familie of met het feit dat het verhaal van de overledene mij raakt.
Zo moet ik nu ook denken aan een voorbespreking die ik heb gedaan. Meneer was al broos maar wilde graag nog een aantal dingen bespreken. Er was ook een 2e voorgesprek waarbij mijn collega Gea meeging. Wat later werd ik weer gebeld met de vraag of ik tijd had om nog eens langs te komen. Dat lukte en we spraken diezelfde middag nog af. Tijdens het gesprek vroeg ik of er nog wensen veranderd moesten worden. Nee dat hoefde niet maar meneer wilde nog afscheid van mij nemen. Ik was woordeloos maar bleef sterk. Op kantoor brak ik even. Dat mag, dat heb je soms. De uitvaart was mooi, precies zoals was besproken.
Hoe ik mezelf bescherm te midden van al het verdriet en alle emoties? Ik blijf attent en luister goed en maak aantekeningen. Ook blijf ik steeds denken: ‘Waar kan ik nog hulp bij kan aanbieden om zodoende de uitvaart zo persoonlijk mogelijk te maken.’ Zo blijf ik als het ware bij de les!
Ik voel me op mijn plaats bij Stoppelenburg en als uitvaartverzorger. Mijn vrienden zeggen altijd dat ik straal als ik het over mijn werk heb. Ik hoop dan ook dat ik nog heel lang dit prachtige vak mag uitoefenen.
NB: Tekst en foto’s zijn geplaatst met toestemming van Anne-Marie.
[Tekst en foto’s: Ali Stoppelenburg]
Comments